7 juli 2013: IM Frankfurt: Europameister Alterklasse M50-54

7 juli 2013 - Frankfurt am Main, Duitsland

IM Frankfurt: Europameister Alterklasse M50-54

Vijf jaar geleden deed ik voor het eerst mee aan een “echte” ironmanwedstrijd met het doel om kwalificatie voor The Mother of Triathlons af te dwingen. Dat is destijds gelukt en het was zo’n geweldige ervaring dat ik dat nog een keer wilde meemaken. Vorig jaar koos ik de IM Frankfurt uit omdat daar 10 slots zijn te verdelen in mijn leeftijdsklasse. Ieder voordeel heeft zijn nadeel en dat geldt hier ook. 10 slots is veel maar het trekt ook veel leeftijdsgenoten aan. Voor de IM Frankfurt hadden zich 299 atleten in mijn leeftijdscategorie ingeschreven.
Als “voorbereiding” op deze wedstrijd had ik vorig jaar al een hele gedaan in Roth. Zo was ik weer gewend geraakt aan de lange duurtrainingen en mijn lichaam aan het verbranden van vet.

Met schema’s van Frank Heldoorn ben ik in  januari begonnen aan de voorbereiding op Frankfurt. Anders dan voorgaande jaren waren de trainingen korter maar intensiever en ook trainde ik meer in blokken op een dag. Bijvoorbeeld ‘s morgens 2.30 uur fietsen in DT 1 en dan ‘s middags weer 2.30 uur maar dan net onder de beoogde wedstrijdintensiteit. Dat dezelfde principe gold ook het lopen: eerst lopen op de nuchtere maag en na een ontbijt weer aan de slag. Dat deze trainingen aan sloegen merkte in mijn voorbereidingswedstrijden. In de halve van Nieuwkoop en Bocholt was ik ondanks de voortschrijdende leeftijd niet langzamer geworden, integendeel. Er bleek nog steeds progressie in te zitten. De 8e in  Nieuwkoop en de 6e plaats in Bocholt (beide overall) gaven mij het vertrouwen om de laatste  puntjes op de i te zetten richting Frankfurt.

De woensdag voor de wedstrijd was ik al naar het financiële centrum van Europa afgereisd. In een soort papendalhotel kon ik de opgebouwde vermoeidheid uit mijn lichaam laten vloeien. Aangezien het warm zou worden dronk ik iedere dag een liter (zelf meegebrachte) bouillon uit een bierpul van een halve liter! Een oude tip van Frank toen ik voor het eerst naar Hawaii ging, kwam goed van pas. In de dagen voor de wedstrijd heb ik het lastigste gedeelte van het fietsparkoers verkend. In de eerst dertig kilometer zaten de meeste beklimmingen, waarvan één over “cobblestones”. Leuk voor het publiek, maar niet voor het materiaal. Ook heb ik nog een uurtje gezwommen in de Langener Waldsee, waar de zwemproef zou worden afgenomen. Verder als een echte  pro, met de benen omhoog, naar de wedstrijd toegeleefd. Zaterdagmiddag kwamen mijn trouwste fans per trein en auto. Dat resulteerde in de juiste afleiding onder het genot van een goede pasta.

D-day: vier uur op en aan de fruhstuck in het hotel met andere atleten. A la Bas Diederen zorgde ik er voor dat ik ieder uur voor de start genoeg koolhydraten (100 gram) binnen kreeg middels repen en broodjes jam en zelf meegenomen pindakaas.  Verder de bidons bereid. Ik nam twee bidons mee met daarin, aangelengd met water en toegevoegde zouttabletten, in totaal 20 gels. In de overblijvende bidonhouder zou ik steeds een bidon met water doen om de gels mee weg te spoelen. Alles vloeibaar dus. Bij mij werkt het.

Ik zat in de eerste startgroep en lag dus achter de pro’s in het water. (N.B. deze zwemmen dus minder dan de gewone stervelingen). Het water was glashelder en gelukkig niet te warm zodat er met wetsuit gezwommen werd. Na het volkslied werden wij weggeschoten onder luid gejoel van het vele publiek. De zwemstart is altijd spannend. Gelukkig had ik al vrij snel een paar goede voeten gevonden en zwom zo vrij makkelijk de eerste ronde. Na een korte run over het strand door naar de tweede ronde. Daar kwam ik alleen te liggen. Om de vaart en de concentratie erin te houden ben ik mijn slagen gaan tellen en voor ik het wist kreeg ik de finishboog weer in het vizier. Na 55 minuten  kon ik het strand oprennen, wetsuit afstropen, tas en fiets opzoeken. Voor de wedstrijd had ik al gevisualiseerd waar mijn tas ging en mijn fiets stond. Dus zonder bril liep ik feilloos naar mijn spullen.

Het fietsparkoers bestaat uit twee ronden in de noordelijke omgeving van Frankfurt (met 1000 hoogtemeters) voorafgaan door aanloopstuk vanaf het zwemparkoers (dat ten zuiden van Frankfurt ligt). Al vrij rap zag ik in de verte een aantal fietsers rijden waar ik dichterbij kwam. “Leistungdichte” galmde door mijn hoofd. Ik moet daarbij komen en dan meedeinen op dat tempo. De benen voelde goed en vlak voor de eerste klim kon ik aansluiten. Echter voor maar korte duur want bij het schakelen naar het binnenblad vloog mijn ketting eraf. Gelukkig had ik die er snel om en na de klim reed ik weer vrij rap naar die groep. Als bijen zoemden om die groep continu een paar jurymotoren om te controleren of iedereen wel de juiste afstand hield tot zijn voorganger. Wat bleek? Er reden pro’s in die groep. Het voordeel van het rijden in een groep is overduidelijk. Je hoeft zelf het tempo niet te maken, je rijdt met een lagere hartslag en  je hebt, ook niet onbelangrijk, afleiding. Zo heb ik bijna anderhalve ronde meegereden. Na een korte plaspauze halverwege de tweede ronde reed ik weer naar de groep toe en dat ging zo gemakkelijk dat ik er over heen ging en mijn eigen tempo op hartslag ben gaan rijden. Op ca 10 km aan het eind zit er nog een venijnige lange slopende oplopende klim in het parkoers waarbij je op het laatst tussen een Tour de France achtige mensenhaag fietst en daarna volgt er aflopend stuk richting het centrum van Frankfurt. Dat was indrukwekkend. Op voor de atleten afgezette wegen rijd je naar het hart van Frankfurt tussen de machtige bankgebouwen naar de Main waar de wisselzone naar het lopen zich bevindt. Kom daar maar eens om in Nederland! Redelijk fris kwam ik aan in T 2 na 4 uur en 47 minuten fietsen.  Ik had totaal geen idee hoe ik lag in mijn agegroup maar ik had wel het idee dat ik redelijk goed lag. Er hingen  nog heel veel looptassen en in het parc ferme was nog plek zat.

In T2 bleek tot overmaat van ramp mijn tas met loopspullen niet in het vak van mijn startnummer te hangen. Lichte paniek. Waar zou die dan wel hangen. De organisatie is niet aansprakelijk maar je bent wel verplicht je tas aan haar af te geven in het vertrouwen dat zij deze de volgende dag  op de  juiste plek in T2 hangt. Gelukkig waren er volunteers die mij hielpen met zoeken en hoe, dat weet ik niet meer, maar
(bij toeval?) haalt een vrouw mijn tas een vak ervoor van het rek. Mijn voorsprong op de fiets op de groep die ik had achtergelaten was inmiddels verdampt. Na een dus relatieve lange wissel kon ik – in de inmiddels oplopende temperatuur naar de 30 gr – de marathon gaan beslechten. De eerste twintig minuten had ik moeite om in mijn ritme te komen. Denk aan de pasfrequentie sprak mijzelf in. Zoals afgesproken kwam ik halverwege de loopronde, die vier keer moest worden afgelegd, mijn broer tegen. Dat bekende gezicht gaf onmiddellijk de afleiding die ik nodig had en ik begon lekker te lopen. Vervolgens kwam ik mijn vrouw en kinderen tegen en die zagen dat het goed ging. Na een snelle high five snel doorgaan. Met lopen had ik twee flesjes bij mij, ook met aangelengde gels (10 in totaal). Daarbij had ik ook nog apart zouttabletten bij mij om het vocht vast te houden om zodoende prestatieverlies en kramp tegen te gaan. Ik voelde dat ik goed tempo kon houden zolang ik maar ieder kwartier een shot koolhydraten binnen kreeg en hield. De eerste ronde ging onder de 50 minuten. Als ik dat vol zou houden dat zou ik toch hele hap van mijn PR kunnen afhalen. De tweede en derde ronde gingen  steady. Tijdens zo’n loopronde ontwikkel je eigen referentiepunten om zo de afstand in stukje te hakken.  Verder waren er veel Nederlanders die je spontaan aanmoedigden. Ook dat geeft een boost. Allengs werd het wel drukker op het loopparkoers. Echter aan de gekleurde bandjes om de armen van de atleten kon je zien in welke ronde ze zaten, verder  heb je geen idee hoe je ligt en ben je te midden van dit al met je eigen race bezig tegen een prachtig decor van het Europese financiële centrum. Op een officiële tijdklop vlak na het ingaan van de loopronde zag ik dat ik na twee loopronden 7.30 uur bezig was. Ik begon te rekenen en kwam erachter dat ik afstevende op een tijd van rond de 9.10, als ik 50 minuten per loopronde zou volhouden. Tijdens de vierde ronde werd het echter zwaar en begonnen de hamstrings stilaan te protesteren. (Deze hebben het trouwens goed gedaan, want ik reed met ovale bladen, waarbij naar mijn mening ook de hamstrings wat meer worden belast). Vechtend tegen opkomende krampaanvallen en even wandelend bij iedere drinkpost kon ik  het tempo nog redelijk vasthouden. Met grote voldoening naderde ik uiteindelijk de afslag naar de finish. Die afslag wordt gemarkeerd met een rode loper ( van de sponsor Sparkasse) van tweehonderd meter tot aan de finish op de Romerberg, het destijds niet gebombardeerde oude centrum van Frankfurt. De laatste tweehonderd meter loop je door een mensenhaag die allemaal om een ‘high five” vragen en klappen en geluid maken met door de sponsor uitgedeeld klapattributen. Al “high fivend” liep ik zo naar de finish in een vooraf gehoopte maar niet verwachte eindtijd van 9.13.59.  Met deze tijd wist ik dat het slot binnen was maar nog niet hoeveelste ik was geworden. Mijn broer kon tijdens de race ook niet doorgeven hoe ik  lag omdat de live agegroupranking het niet. Redelijk uitgewoond viel ik in de armen van mijn fans en zochten we snel een plek in de schaduw. Toen ik naar mijn schoenen keek zag ik dat de linkerschoen een andere kleur had gekregen. Snel naar de medische dienst om mijn voet te laten behandelen. Het blijven Duitsers dus niet alleen mijn blaren werden behandeld ook mijn bloeddruk werd gemeten. Gelukkig was die hoog genoeg om mij weer te voegen bij mijn familie. Zo kon ik weer plaats maken voor anderen, want het infuus was populair.

Uiteindelijk bleek ik ruim eerste in mijn leeftijdcategorie M 50-54 te zijn en was ik 76e overall geworden en dat op mijn vijftigste! Zeer voldaan hebben we ’s avonds goed gegeten en ons opgemaakt voor de “siegerung”de volgende dag. Na de huldiging kon ik mijn slot ophalen en was de missie volbracht. Op naar Kona en wellicht weer een podiumspot. Ik ga er in ieder geval wel voor. “Anything is possible”

Aloha
jan

 


 

Foto’s